Een veelgestelde vraag die we krijgen is: “Hoeveel leefgeld krijg ik per week?” Er is geen wettelijk minimum- of maximumbedrag voor leefgeld door de overheid vastgesteld. Onder bewind staan minimaliseert je financiële ruimte om vrij te kunnen handelen in je uitgaven. Het is dan ook begrijpelijk dat deze vraag vaak wordt gesteld.
Leefgeld is het bedrag dat je krijgt om je dagelijkse uitgaven te doen. Dit geld wordt van je beheerrekening overgemaakt naar je leefgeldrekening. Je kunt naar eigen inzicht geld uitgeven om boodschappen te doen. Het liefst zien we dat je het uitgeeft aan eten, drinken en je persoonlijke verzorging, maar het komt veelvuldig voor dat mensen het anders spenderen en in de knel komen.
Je leefgeldrekening is een betaalrekening waarmee je kunt pinnen zoals gebruikelijk. Het is een gesloten rekening waarvan alleen jij de betaalpas hebt. Wij hebben wel inzicht in deze rekening en kunnen geld op deze rekening storten. Daarnaast kan de rekening niet rood staan, zodat je geen nieuwe schulden maakt. Het openen van een leefgeldrekening kan alleen door ons worden gedaan.
Wettelijk is er geen minimum voor leefgeld vastgesteld. Hoeveel je ontvangt per week, hangt af van je persoonlijke en woonsituatie. Belangrijke indicatoren zijn of je schulden hebt, hoe hoog zijn je vaste lasten zijn en wat je woonsituatie is.
Algemene bedragen die wij momenteel hanteren zijn als volgt: als je alleen woont krijg je minimaal €80 per week aan leefgeld. Per kind in het huishouden komt er een bedrag van €20 per week bij. Wanneer je samenwoont is de vraag of beide partners onder bewind staan.
Het wordt steeds moeilijker om met leefgeld rond te komen, omdat de kosten van levensonderhoud stijgen. Als je hier moeite mee hebt en er geen ruimte is om je leefgeld te verhogen, kunnen we onderzoeken of je in aanmerking komt voor de voedselbank of andere fondsen. Veelal gebeurt dit in overleg met maatschappelijke werkers.
Wettelijk gezien mogen wij beslissen om leefgeld in te houden. Dat doen wij liever niet, maar soms kan het niet anders. Als je vaste lasten stijgen en er geen andere manier is om dit op te vangen, kan het zijn dat we je leefgeld moeten verlagen. Dit voorkomt dat je in de problemen komt. We leggen je altijd uit waarom je leefgeld wordt aangepast.
Het komt bijvoorbeeld voor dat iemand de leefgeldrekening heeft doorgegeven aan de werkgever, het uitzendbureau of een uitkeringsinstantie. Het salaris of de uitkering wordt op deze rekening gestort en direct uitgegeven of gepind. We kunnen dan besluiten om het leefgeld in te houden. Er is dan namelijk voldoende geld voor eten, drinken en persoonlijke verzorging, waardoor men voorlopig geen extra leefgeld nodig heeft. Dit zorgt ervoor dat de vaste lasten zoveel mogelijk betaald kunnen blijven worden.
Als je onder bewind staat, houden we ook rekening met kleedgeld. Dit wordt opgenomen in de begroting die we voorafgaand aan de onderbewindstelling opstellen. We bespreken dan samen wat een passend bedrag aan kleedgeld is en of dit binnen je begroting past.
Veranderingen in je leefsituatie kunnen invloed hebben op de hoogte van je leefgeld. Enkele voorbeelden van veranderingen die hierop van invloed zijn: het krijgen van betaald werk, het veranderen van werkgever, een verhuizing en de geboorte van een kind.
Als er tijdens de onderbewindstelling veranderingen in je leefsituatie optreden, is het belangrijk dat je ons hiervan op de hoogte brengt. Deze veranderingen hebben invloed op je begroting en dus ook op de hoogte van het leefgeld dat je ontvangt. Informeer ons hier tijdig over om eventuele problemen te voorkomen.
Deze website maakt zeer beperkt gebruik van cookies voor een betere website ervaring. Indien u gebruik maakt van deze website dan worden de noodzakelijke cookies geplaatst. Voor overige cookies kunt u weigeren.